Om zich extra goed te kunnen voorbereiden op de Nederlandse motorcross Grand Prix (17 en 18 augustus) kregen de Nederlandse deelnemers vandaag de mogelijkheid te trainen op de baan van Motorsportpark Gelderland Midden. Het merendeel van de Nederlanders maakte hiervan dankbaar gebruik. Voordat de rijders het circuit op gingen werd de baan gesproeid. Dat geschiedde geheel automatisch dankzij de sproei-installatie die permanent langs de baan is aangebracht.
Na ruim de gelegenheid te hebben gehad om te rijden spraken de rijders over hun kansen in de Grand Prix. Voor Lotte van Drunen is het heel duidelijk wat haar doel is: “Ik ga hier sowieso voor de winst en probeer hetzelfde te doen als vorig jaar.” Een jaar geleden was de nu bijna 17-jarige Sliedrechtse oppermachtig en won beide races van de damesklasse met grote voorsprong. In de WK-stand gaat ze momenteel aan de leiding met een nipte voorsprong van slechts drie punten op de Spaanse Daniela Guillen. Van Drunen: “Ik ga proberen het gat zo groot mogelijk te maken en wil dan bij de laatste wedstrijd in Turkije de titel te pakken.” Voor de dames bestaat het seizoen uit zes wedstrijden, waarvan Arnhem de vijfde is.
Op titeljacht is ook de bijna 20-jarige Kay de Wolf in de MX2. Na veertien van de twintig GP’s gaat hij aan de leiding met een behoorlijke puntenvoorsprong op de tweede man. Een week voor Arnhem wordt de GP van Zweden verreden. De voorsprong van De Wolf is zodanig groot dat de Brabander weet, wat de uitslag in Zweden ook mag zijn, dat hij voorafgaand aan Arnhem nog steeds de koppositie inneemt. De Wolf: “Afgelopen weekend reed ik in het Belgische Lommel. Dat is dichter bij mijn huis dan Arnhem, maar Arnhem is voor mij toch echt mijn thuis-GP. Vorig jaar kon ik door een blessure hier niet rijden, nu hoop ik de Nederlandse fans een mooie dag te bezorgen.” Met andere woorden: De Wolf, die dit jaar al zes GP’s won, wil ook in Arnhem winnen.
Rick Elzinga (Zenderen) woont dichter bij Arnhem. Na goede prestaties in het Europees kampioenschap begon hij vorig jaar in de GP’s in de MX2-klasse. Hij kreeg meteen een fabriekscontract van Yamaha en dat heeft hij nog steeds. Elzinga: “Het gaat goed, ik mag niet klagen.” Hij stond dit jaar al twee keer op het podium, de laatste keer afgelopen zondag toen hij in Lommel tweede werd achter Kay de Wolf. Hij bezet de zevende plaats in de WK-stand.
In de zwaarste klasse MXGP heeft Nederland meerdere kanshebbers op een topklassering. De prominentste rijder is vijfvoudig wereldkampioen Jeffrey Herlings, die al 106 keer een GP won, waarmee hij recordhouder is. Een jaar geleden maakte hij in de eerste training een op zich onschuldige val, maar had daarbij de pech dat hij ongelukkig terechtkwam en zijn rechter sleutelbeen brak. Dit jaar is Herlings tot nu toe vrij van blessures en telt hij volop mee in de titelstrijd. Hij staat derde met een achterstand van slechts 38 punten op leider Tim Gajser uit Slovenië. Herlings: “Er mag nu niets meer fout gaan, ik moet blijven winnen. Ik heb acht van de laatste twaalf manches gewonnen. Ik hoop ook hier in Arnhem te kunnen winnen.”
Aan winnen denken Glenn Coldenhoff en Brian Bogers niet, maar beiden zouden al dik tevreden zijn als ze op het podium terecht komen. Dat zal niet meevallen, want er is sterke buitenlandse concurrentie. Coldenhoff: “Ik rij dit jaar op een nieuwe motor, ik ben nog steeds een beetje zoekende naar de juiste afstelling. We blijven daar hard aan werken. Ik hoop dit seizoen nog zeker mooie resultaten te behalen.” Een jaar geleden finishte Coldenhoff in de GP van Arnhem als vierde.
Voor Brian Bogers is het een meevaller dat hij dit jaar GP’s rijdt, want het Britse team dat hem had aangetrokken trok in de winter de stekker eruit. Alle teams waren toen al voorzien van rijders, zodat het eind van zijn carrière in zicht leek. Toen de teamgenoot van Coldenhoff na twee GP’s het Fantic-team verliet kreeg Bogers zijn plaats aangeboden. Met een conditionele achterstand werd hij weer GP-rijder. Ondanks het missen van de eerste twee GP’s en de beide GP’s van Indonesië vanwege een schouderblessure bezet hij de elfde plaats in de stand. Bogers: “We hebben nog zes GP’s te gaan. Ik verwacht nog wel in de top-tien te komen.” De eerste aanzet daartoe kan hij in Arnhem doen.